Gendersensitieve zorg

Aandacht voor gezondheidsverschillen tussen mannen en vrouwen

Interventiecardioloog Yolande Appelman vraagt al sinds 2009 aandacht voor de verschillen in gezondheid tussen mannen en vrouwen. Destijds richtte zij vanuit cardiologie de landelijke werkgroep gender op. Bij Amsterdam UMC, locatie is zij vanaf 2016 trekker van de regiegroep Gender & Gezondheid.

Wat is gendersensitiviteit?
"Bij gendersensitiviteit gaat het erom onderzoekers, docenten en artsen bewust te maken van het feit dat er wezenlijke verschillen zijn tussen mannen en vrouwen. Verschillen die verder gaan dan alleen de geslachtsverschillen (= sekse = biologische verschillen). Wanneer je over genderverschillen spreekt betreft het sociaal-culturele verschillen inclusief psychische aspecten, waarvoor weinig tot geen aandacht is in medisch onderzoek. Laat ik een voorbeeld uit de cardiologie geven. Wij cardiologen leren dat een patiënt met een hartinfarct pijn op de borst heeft met uitstraling naar de linkerarm. Dit is vooral gebaseerd op gegevens verkregen bij mannen. Vrouwen kunnen echter andere klachten hebben, of de klachten anders verwoorden, en stellen een bezoek aan de dokter vaak uit, waardoor er minder snel of, erger nog, niet aan een hartinfarct wordt gedacht. Door hier rekening mee te houden, kun je de diagnose hartinfarct bij vrouwen beter en eerder stellen.

Wat zijn gezondheidsverschillen tussen mannen en vrouwen?
Er zijn veel gezondheidsverschillen tussen mannen en vrouwen. Zo kun je denken aan verschillen in het risico op hart- en vaatziekten. Iedereen weet dat suikerziekte, hoge bloeddruk en hoog cholesterol het risico verhogen. Of dat roken slecht is.
Roken verhoogt de kans op kanker en op hart- en vaatziekten. Maar het is voor vrouwen schadelijker dan voor mannen. En als een vrouw stopt met roken, duurt het langer voor het uit haar systeem is. Het zijn effecten die we al langer kennen. Maar heel veel mensen weten niet dat het bij jonge vrouwen harder aankomt."

Hoe kun je de gendersensitiviteit verbeteren?
"In Amsterdam UMC houden we ons bezig met onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg. Wat onderwijs betreft werken we binnen de regiegroep Gender & Gezondheid hard aan implementatie van kennis die er al is. Leer studenten dat vrouwen na de overgang een grotere kans hebben op een verhoogde bloeddruk, verhoogd cholesterol en diabetes. Of dat depressie bij vrouwen zich anders uit dan bij mannen. Dat vrouwen vaak later hulp zoeken en dat mannen een andere communicatiestijl hebben dan vrouwen. Et cetera, et cetera. Ook is het goed dat docenten beseffen en vertellen dat het in de geneeskundeboeken meestal over mannen gaat. Studenten weten dat vaak niet."

Wetenschappelijk onderzoek moet beter
"Onderzoeken moeten echt verbeteren. Op allerlei fronten. Bij dierproeven bijvoorbeeld, worden vaak mannetjesdieren gebruikt en daar komt weer onderzoek op mensen uit voort. Dan wordt geschreven: 'Dat en dat zien we bij muizen'. Ze zeggen niet: 'Dit is het resultaat bij mannetjesmuizen'. Bij patiëntenonderzoek zie je hetzelfde. Uitspraken als: 'Patiënten met een hartinfarct doen het op dit middel goed, of beter', zeggen niets over de resultaten bij mannen en vrouwen afzonderlijk. Je weet dan niet of er verschillen tussen mannen en vrouwen zijn. Kortom, er is nog een hele slag te maken in wetenschappelijk onderzoek. Onderzoek dat mede bepaalt hoe wij artsen diagnoses stellen, welk medicijnen we geven en welke behandelingen we doen. Het onderzoek moet echt beter, dat is absoluut noodzakelijk voor het leveren van een goede kwaliteit van zorg voor iedereen."

Ondersteunen van verbetering van de patiëntenzorg
"Als je als arts weet dat vrouwen in en na de overgang een verhoogde kans hebben op hart- en vaatziekten en het risicoprofiel verslechtert , dan moet je die kennis ook toepassen en dus het risicoprofiel bepalen. Dit kan alleen als je meet: bloeddruk, suikergehalte, gewicht, cholesterol. Wanneer een patiënt bij je komt, moet je je dus realiseren dat het een man is of een vrouw. Net zo goed als dat je je realiseert hoe oud iemand is, of dat hij/zij te zwaar weegt. Het lijkt een open deur, maar dat is het helaas niet. Het moet een gewoonte worden."

Wat kan Amsterdam UMC als werkgever doen?
"Overgangsklachten kunnen voor een vrouw een grote zorg zijn , waardoor ze soms op een bepaald moment niet naar haar werk kan. Bewezen is dat bepaalde lifestyle-programma's nuttig zijn. Amsterdam UMC zou bijvoorbeeld een lifestyle-coach kunnen aanstellen. Iemand waar je met je vragen naartoe kunt. 'Is het wel normaal hoe ik me voel?' 'Ik kan me slecht concentreren. Ik heb last van zweetaanvallen. Wat moet ik doen?' Veel vrouwen wachten heel lang voor ze met een klacht naar een arts gaan. Zo kan tijdens de overgang bijvoorbeeld de bloeddruk oplopen. Dat merk je niet altijd, maar hoge bloeddruk kan wel klachten veroorzaken. Als je die behandelt, verdwijnen veel van de klachten. Ik wil maar zeggen: simpele ingrepen kunnen al helpen om beter te functioneren. Je hoeft niet altijd uit te vallen."

Amsterdam UMC timmert aan de weg
"Begin 2016 heeft de raad van bestuur, locatie VUmc, mij gevraagd om de gendersensitiviteit op een hoger plan te brengen. Natuurlijk samen met anderen. Met vertegenwoordigers van de acht onderzoeksinstituten hebben we de regiegroep Gender & Gezondheid opgericht, waarvan ik de voorzitter ben. Doel is om gendersensitiviteit in onderwijs, kliniek en wetenschap te stimuleren en implementeren. En dat is een hele klus. Zo kwam ik er in gesprekken met wetenschappers achter, dat ze in hun onderzoek met dierproeven over verschillen tussen mannen en vrouwen nog onvoldoende hebben nagedacht. Dat is geen onwil, het is gewoon zo gegaan. Er is dus nog een hele hoop te doen. Zo is Petra Verdonk, een van de leden van de regiegroep en universitair hoofddocent bij MetaMedica van locatie VUmc, al druk bezig met de implementatie van bestaande kennis in de onderwijsprogramma's.

Waar ben je trots op?
"Dat gendersensitiviteit nu de nodige aandacht krijgt. Dat we al een stap hebben gezet op het gebied van bewustwording en dat een start is gemaakt in het onderwijs. Nu de wetenschap nog! Het begin is er. Ik ben er trots op dat we dit al voor elkaar hebben gekregen."