Meer én beter oefenen met klinisch redeneren

Gepubliceerd op: Thu Aug 12 12:30:00 CEST 2021

Klinisch redeneren is een onmisbare vaardigheid voor een dokter. In de herziening van het curriculum geneeskunde nemen studenten en docenten dit belangrijke onderdeel onder de loep. Wat moet er beter en waarom? Student Floor Ekelschot en docent Paul Houben lichten toe.

“Bij klinisch redeneren trechter je klachten van een patiënt naar een diagnose en naar beleid. Dat doe je met je kennis en door te praten met de patiënt.” Floor Ekelschot, tweedejaars bachelorstudent en voorzitter van het Jaarvertegenwoordigingsbestuur, zegt het trefzeker. Paul Houben, huisarts en coördinator van de leerlijn klinisch redeneren, knikt tevreden. Hij heeft slechts een kleine aanvulling: “Je kunt er ook op uitkomen dat er geen diagnose is. Maar je probeert wel tot het juiste beleid te komen.”

 

Tweehonderd studenten
Klinisch redeneren krijgt al vanaf week één in de opleiding aandacht: in colleges, practica, leerstof en studieopdrachten. Ekelschot: “Door met redeneren te oefenen, maak je je tegelijkertijd de leerstof eigen. Maar soms is het lastig en word je te veel in het diepe gegooid, bijvoorbeeld als je een casus krijgt waar je niet in thuis bent.” Houben vindt dat de opleiding best veel doet aan klinisch redeneren, maar heeft een kritische kijk op wát er wordt gedaan. “Studenten oefenen te weinig zelf. Oefenen doen ze in een collegezaal met tweehonderd studenten, dan doen er automatisch veel niet actief mee. In de practica komt klinisch redeneren maar een paar keer per jaar aan bod. Terwijl het echt een hogere manier is van kennis verwerven. Je ziet in het derde leerjaar dat er grote verschillen zijn tussen studenten: sommigen kunnen het heel goed, anderen snappen verbanden niet.”

Zeggenschap
Er is nog een aanleiding om de leerlijn klinisch redeneren aan te passen. De opleiding wil studenten meer zeggenschap geven over hun eigen leerproces – in lijn met de aanbevelingen uit de laatste visitatie. Ekelschot juicht die gedachte toe. “Ik vind dat het bij studeren hoort dat je zelf aan de slag gaat en dat je je richt op doelen die je moet halen, niet op je cijfer of op wat je uit je hoofd moet leren. Het zou voor mij het studeren veel leuker maken.” Houben ziet het liefst dat er longitudinaal wordt getoetst. Dat wil zeggen dat er meerdere beoordelingsmomenten zijn over een langere periode, waarin studenten meer feedback krijgen én de kans om er iets mee te doen. Ekelschot: “Dat neemt ook de irritatie weg als je bij het enige toetsmoment dat er is, een moeilijker casus krijgt dan je medestudent.” 

Zo veel mogelijk patiëntcontacten
De aanpassingen in de leerlijn richten zich dus op meer oefenmogelijkheden, op studenteninitiatief en doelen stellen, en op longitudinaal toetsen. De projectgroep klinisch redeneren denkt na over een concrete invulling hiervan. Houben: “Het liefste heb je voor het oefenen zo veel mogelijk patiëntcontacten, bijvoorbeeld in meer stages (‘héél leerzaam’, vult Ekelschot aan). Als dat niet makkelijk te realiseren is, kun je ook denken aan videomateriaal of aan een andere benutting van de practica. Dan krijgen studenten niet tijdens, maar voorafgaand aan het practicum uitleg, en laten ze tijdens de bijeenkomst zien wat ze kunnen.” Ekelschot: “Je kunt ook denken aan een database met casuïstiek en antwoorden, waarmee studenten zelf aan de slag kunnen.”

Vanaf september 2022 worden pilots klinisch redeneren opgenomen in het curriculum.

Verbeteringen aangejaagd door het programma Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO)

Huisarts en docent Paul Houben is goed op weg geholpen door het SKO-programma van de VU. Dit programma ondersteunt bevlogen voortrekkers van curriculumontwikkeling. SKO geeft deze docenten handvatten voor het proces en voor de theoretische onderbouwing van verbeteringen. Daarmee bedient het programma zowel de ontwikkeling van de docent als de kwaliteit van het academische onderwijs.
Voor Houben besloeg de ondersteuning alleen de opstartfase van de curriculumverbetering. “Ik heb heel bewust tijd genomen voor de inventarisatiefase: wat zit er nu in het onderwijs en wat willen wij dat studenten meekrijgen aan kennis, vaardigheden en attitude?” Uiteindelijk moeten de verbeteringen die Houben met zijn projectteam heeft geïdentificeerd, hun weerslag vinden in een plan van aanpak dat eind 2021 klaar is. In september 2022 moeten de pilots klinisch redeneren klaar zijn.

Door Willy Francissen

Gepubliceerd op: Thu Aug 12 12:30:00 CEST 2021