Nieuwe richtlijn voor het stellen van de diagnose MS: wat verandert er?

Gepubliceerd op: Thu Sep 18 01:00:00 CEST 2025

    Onlangs zijn de nieuwe internationale richtlijnen voor het stellen van de diagnose multiple sclerose (MS) gepubliceerd. Deze richtlijnen bepalen hoe artsen vaststellen of iemand MS heeft. De aanpassingen zijn gebaseerd op de nieuwste wetenschappelijke inzichten en zorgen ervoor dat de diagnose sneller en nauwkeuriger kan worden gesteld. Professor Frederik Barkhof, neuroradioloog, en Professor Joep Killestein, neuroloog en directeur van het MS Centrum Amsterdam hoorden bij de vijfenvijftig MS-experts die betrokken waren bij het opstellen van deze nieuwe criteria. Onlangs zijn de nieuwe criteria gepubliceerd in drie publicaties in Lancet Neurology.

    Wat zijn de belangrijkste veranderingen?

    1. Oogzenuw telt nu mee
    Voor het eerst wordt de oogzenuw officieel meegenomen als een van de vijf gebieden waar MS-schade kan optreden. Dit betekent dat schade aan de oogzenuw, bijvoorbeeld aangetoond met een oogtest of -scan, nu kan helpen bij het stellen van de diagnose.

    2. Niet altijd meer bewijs van ziekteactiviteit in de tijd nodig
    Vroeger moest er niet alleen op verschillende plekken in de hersenen of het ruggenmerg schade zijn (spreiding in ruimte), maar ook op verschillende momenten (spreiding in tijd). Nu is het soms voldoende als er op één moment schade op meerdere plekken is, waardoor de diagnose sneller gesteld kan worden.

    3. Nieuwe MRI-kenmerken als extra bewijs
    Bepaalde afwijkingen op de MRI-scan, zoals het ‘central vein sign’ (een bloedvat in het midden van een MS-plek) of een speciale ring rond een laesie, kunnen nu als aanvullend bewijs dienen. Dit helpt artsen om MS nog beter te herkennen.

    4. Eenzelfde aanpak voor verschillende vormen van MS
    De regels voor het stellen van de diagnose zijn nu gelijk voor mensen met een langzaam progressieve vorm van MS (PPMS) en mensen met aanvallen en herstel (RRMS). Dit zorgt voor meer duidelijkheid en gelijke behandeling.

    5. Soms kan MS al worden vastgesteld zonder klachten
    Bij sommige mensen worden per toeval typische MS-afwijkingen op een hersenscan gevonden, zonder dat zij klachten hebben. In bepaalde gevallen kan nu toch al de diagnose MS worden gesteld, als er aanvullend bewijs is.

    Vroeger behandelen

    De nieuwe richtlijn maakt het mogelijk om MS eerder en nauwkeuriger vast te stellen. Dit is belangrijk, omdat vroege behandeling kan helpen om schade aan het zenuwstelsel te beperken. Voor bestaande patiënten verandert er meestal weinig, maar voor mensen bij wie de diagnose nog moet worden gesteld, kan het betekenen dat dit sneller en met meer zekerheid gebeurt. Killestein legt uit waarom een vroege diagnose belangrijk is, ‘We weten steeds beter dat MS vroeg in het beloop en soms zelfs zonder lichamelijke symptomen schade kan aanrichten aan de hersenen en het ruggenmerg. Dat merk je soms in eerste instantie niet, maar na verloop van de jaren wordt de optelsom van die schade zichtbaar en dan ben je te laat. Vroeg starten met de juiste behandeling is cruciaal. We starten daarom steeds vaker vroeg met hoog-effectieve medicatie, waarbij het wel belangrijk blijft om te kijken naar de risicofactoren, want niet iedereen hoeft meteen na de diagnose aan de zwaardere medicatie.’

    Nieuwe protocollen

    ‘Er is nog wel werk aan de winkel om de protocollen aan te passen,’ zegt Barkhof. ‘Om bijvoorbeeld de laesies met zo’n centraal liggend bloedvat aan te tonen moet het scanprotocol worden aangepast. En bovendien moeten wij als neuroradiologen en ook de neurologen op een andere manier naar de scans leren kijken. Daarnaast is de toevoeging van de oogzenuw als extra gebied soms een uitdaging. Patiënten moeten hierdoor langer in het MRI-apparaat blijven liggen, wat vervelend kan zijn en extra MRI capaciteit vraagt.’ Er is voor het aantonen van afwijkingen in de oogzenuw gelukkig ook een andere mogelijkheid om betrokkenheid van de oogzenuw aan te tonen, zoals met een speciale oogmeting, Optical Coherence Tomography (OCT). Dit is een beeldvormende techniek waarmee foto’s van de zenuwlagen van het netvlies gemaakt kunnen worden en een oude ontsteking van de oogzenuw aangetoond of uitgesloten kan worden. Killestein, ‘OCT gebruiken we al voor onderzoek bij MS. Nu kan het ook ingezet worden voor het stellen van de diagnose.’

    Tweede mening

    Het stellen van de diagnose MS wordt met de nieuwe diagnostische criteria niet altijd makkelijker. Neurologen van andere ziekenhuizen kunnen voor hun patiënten een zogenaamde 'second opinion' of tweede mening aanvragen bij het MS Centrum Amsterdam. Dit kan gaan om bevestiging van de diagnose MS, maar ook om advies over medicatie of behandeling van symptomen. De patiënt komt na een bezoek aan het Amsterdam UMC met een advies weer terug bij de eigen neuroloog in de regio.

    Verwijzen voor huisartsen of neurologen

    Publicaties

    Er zijn maar liefst drie publicaties over de nieuwe richtlijn in de Lancet Neurology. In de eerste worden de algemene richtlijnen beschreven in een tweede publicatie van Frederik Barkhof wordt stil gestaan bij alle wijzigingen op MRI-gebied. In de derde publicatie worden de aanpassingen van de oogscans verder toegelicht.

    1. 1/ Montalban X, Lebrun-Frenay C, Oh J. et al. Diagnosis of multiple sclerosis: 2024 revisions of the McDonald criteria. Lancet Neurol Okt 2025
    2. 2/ Barkhof F et al. 2024 MAGNIMS–CMSC–NAIMS consensus recommendations on the use of MRI for the diagnosis of multiple sclerosis Lancet Neurol Okt 2025
    3. 3/ Saidha S, Green AJ, Leocani L, et al. The use of optical coherence tomography and visual evoked potentials in the 2024 McDonald diagnostic criteria for multiple sclerosis Lancet Neurol Okt 2025

    Gepubliceerd op: Thu Sep 18 01:00:00 CEST 2025