Persoonlijke subsidie voor neuroloog Zoé van Kempen
Neuroloog en wetenschapper Zoé van Kempen, heeft een subsidie gekregen van Stichting MS Research voor het uitbouwen van haar eigen onderzoekslijn. Met het geldbedrag van ruim 5 ton zal ze haar onderzoeksgroep, dat zich richt op gepersonaliseerd doseren van behandelingen bij MS, uitbreiden.
Een veelbelovende wetenschapper
Zoé van Kempen is geen onbekende in de MS-wereld. In 2016 werkte ze tijdens haar opleiding tot neuroloog als etalagestagiair bij het MS Centrum Amsterdam. Toen ontstond haar enthousiasme voor het werk als MS-neuroloog en startte ze met haar wetenschappelijke onderzoek. Na de afronding van haar opleiding kon ze door een klinisch fellowship van het Nationaal MS Fonds aan de slag bij het MS Centrum Amsterdam om zich te ontwikkelen tot MS-neuroloog. Dankzij het verwerven van verschillende subsidies, kon ze ook door met haar onderzoek. Dat resulteerde in een afgerond proefschrift in 2020, vele publicaties en samenwerkingen. De recent toegekende persoonlijke subsidie van Stichting MS Research is het resultaat van jarenlange inzet en doorzettingsvermogen. Alles gericht op het optimaliseren van de dosering van hoog-effectieve medicijnen bij MS.
MS-medicatie
MS is niet te genezen. Sinds begin jaren 90 zijn er medicijnen om het aantal ontstekingen in de hersenen en daarmee de MS-aanvallen te verminderen. MS-remmende medicijnen zijn er in laag- en hoog-effectieve variaties. De laag-effectieve worden eerstelijns medicatie genoemd. Wanneer de MS erg actief is, dus als iemand veel MS-aanvallen heeft of snel achteruitgaat, is het nodig om een hoog-effectief middel te gebruiken. Dit worden tweedelijns medicijnen genoemd. Het nadeel van hoog-effectieve medicatie is de hogere kans op bijwerkingen. Deze medicijnen zwakken het afweersysteem sterk af, waardoor de kans op infecties groter is dan bij laag-effectieve medicatie.
Gepersonaliseerd
Zoé onderzoekt of een persoonlijke dosering kan helpen om zowel de bijwerkingen als het aantal ziekenhuisbezoeken te beperken. Zoé vertelt over het ontstaan van haar onderzoekslijn, ‘we zijn ruim tien jaar geleden als eerste centrum in de wereld begonnen met onderzoek naar gedoseerd geven van het hoog-effectieve medicijn natalizumab. Dat was toen het eerste MS-medicijn dat per infuus werd gegeven. We gaven pas weer een volgend infuus als de concentratie natalizumab in het bloed onder een bepaalde waarde was. De ene patiënt kreeg daardoor na vier weken een infuus en een ander pas na negen weken. We zagen dat dit niet alleen leidt tot verminderde behandellast voor mensen met MS, maar ook tot minder kans op ernstige complicaties. Daarnaast scheelt het ook enorm in de kosten, wat de zorgkosten en zorgpremies zo laag mogelijk houdt.’ Het onderzoek van Zoé is vervolgens uitgebreid naar veel ziekenhuizen binnen Nederland.
MS Doelmatigheidsnetwerk
Het werk van Zoé is daarmee nog niet klaar. Zoé, ‘Ik wil gepersonaliseerde medicatie voor alle mensen met MS.’ Inmiddels lopen twee grote landelijke studies naar persoonlijk doseren, voor het middel natalizumab is er de SuperNext-MS studie. Hierin wordt onderzocht of het interval tussen de infusen met natalizumab verder verlengd kan worden. In de BLOOMS studie wordt onderzocht of een persoonlijk behandelschema ook voor middelen mogelijk is die B-cellen onderdrukken. Om deze studies te coördineren is het MS-doelmatigheidsnetwerk opgericht, waarvan Zoé de voorzitter is. Zoé zegt hierover, ‘het MS Doelmatigheidsnetwerk hebben we dankzij steun van Stichting Treatmeds kunnen oprichten en bestaat sinds januari 2024. Er zijn ruim veertig ziekenhuizen en MS-centra uit heel Nederland aangesloten. Het enthousiasme om samen te werken aan optimale MS-zorg voor mensen met MS is groot’. Een belangrijk nieuw onderwerp is de MS-zorg aan huis. Als mensen met MS minder tijd kwijt zijn met ritjes naar het ziekenhuis, voelen ze zich minder patiënt en verbetert de kwaliteit van leven. Zoé gaat enthousiast verder, ‘minder vaak naar het ziekenhuis hoeven voor een infuus met medicatie scheelt natuurlijk al, maar het zou nog mooier zijn als we bijvoorbeeld ook de bloedtest, om te kijken of iemand een nieuwe dosis medicatie nodig heeft, thuis kunnen doen met een vingerprik.’