Vijftig jaar voor de klas

Gepubliceerd op: Thu Nov 26 11:52:00 CET 2020

Philip Engelen is gepensioneerd gynaecoloog en uurdocent aan de Amstel Academie

Al vijftig jaar zet hij zich in voor het onderwijs van operatieassistenten, anesthesiemedewerkers en verpleegkundigen. En hij is nog niet van plan om te stoppen. Philip Engelen startte zijn loopbaan als tweedejaars geneeskundestudent. Zijn huisgenoot, een ouderejaars student geneeskunde, gaf les bij de Stichting Verpleegtehuizen Amsterdam en moest hiermee stoppen wegens tijdgebrek. Hij vroeg of Philip misschien wat voelde voor deze functie. “Dat idee sprak me aan,” zegt Philip. “Zodoende ben ik de basisvakken fysiologie en anatomie gaan geven aan ziekenverzorgenden. Zo ben ik in het medisch onderwijs terechtgekomen en daar ben ik altijd in gebleven.”

Van lesgeven voor de opleiding voor verpleegkundigen tot opleidingen voor operatieassistent, anesthesiemedewerker of doktersassistent. In de loop der jaren heeft Philip het onderwijs enorm zien veranderen. “Vroeger was niets digitaal en moest alles uit mijn hoofd,” vertelt hij. “Daardoor moest ik kennis veel meer visueel maken. Dat betekende veel schrijf- en tekenwerk. Ook voor de studenten, want die moesten alles meeschrijven. Tegenwoordig krijgen studenten de PowerPoint al vooraf ter beschikking gesteld.” En wat niet veranderd is? “Dat de meeste studenten vooral komen om te absorberen.”

Lesgeven is een samenspel
“Als docent moet je echt iets hebben met het onderwijs. Je kunt soms nog zo geleerd zijn, maar het op geen enkele manier over weten te brengen. Terwijl je helemaal niet alle details hoeft te weten,” legt Philip uit. “Je moet er alleen nét iets meer over weten dan anderen.” Lesgeven noemt hij een samenspel. “Het is interactief. Als docent moet je studenten laten voelen dat ze inbreng hebben in een les. Betrek ze er dus bij en laat ze nadenken. Ook zij hebben kennis die de les verrijkt.”

Persoonlijke vragen
Het leuke aan zijn werk is de betrokkenheid van de studenten. “In het beroepsonderwijs hebben studenten echt voor een beroep gekozen, waardoor ze vaak heel gemotiveerd zijn.” Ook het contact met de groep maakt zijn baan voor Philip speciaal. “Wat ik bijzonder vind, zijn de persoonlijke vragen van studenten na afloop van de les. Over hun moeder, tante of over hunzelf. Dat gebeurde ook weleens in de klas, terwijl het toch om privéklachten ging. Ik vond het altijd leuk als dat gebeurde, dat ze daar de ruimte voor voelden in de klas.”  

Prettig samenwerken met collega’s
Ook de samenwerking binnen de organisatie bevalt goed. Ruim veertien jaar werkt Philip nu voor de Amstel Academie en daarvoor werkte hij vijfentwintig jaar voor de BIGRA. Met sommige collega’s werkt Philip al heel lang samen, zoals bij de opleiding voor operatieassistent. “Daardoor is het makkelijk om dingen te regelen. Zo moest ik laatst voor het eerst digitaal lesgeven en was er voor mij op locatie een klaslokaal beschikbaar gesteld, inclusief camera en microfoon. Dat was heel fijn. Dit soort dingen maken dat ik graag bij de Amstel Academie werk.”

Kennis doorgeven
“Als we niet opleiden, dan komen er ook geen nieuwe mensen,” antwoord Philip op de vraag waarom hij dit werk al zo lang doet. “Ik vind het wezenlijk belangrijk dat mensen die al werken, hun kennis doorgeven aan de mensen die nog moeten gaan werken. Als dat niet gebeurt, dan stopt de nieuwe toestroom ergens. Daarom is het belangrijk dat dit wél gebeurt. En dat is ook de reden dat ik nog steeds lesgeef. Zolang ik het nog kan doen, wil ik het blijven doen.”  

Gepubliceerd op: Thu Nov 26 11:52:00 CET 2020