Wie maken de Academische Werkplaats Jeugd en Gezondheid? Een interview met Anneke Witt
De AWJG is een netwerk. Alle organisaties hebben een (lokaal) coördinator. De lokaal coördinator vormt de schakel tussen de JGZ-organisatie en Amsterdam UMC. We stellen ze om de beurt aan je voor. Deze keer: Anneke Witt, lokaal coördinator bij GGD Kennemerland.
“Onderzoek doe je samen. Het begint met goed luisteren naar collega’s, ouders en jongeren.”

Wat doe je als Lokaal Coördinator?
De rol van Lokaal Coördinator is vrij breed: je moet signaleren, afstemmen, enthousiasmeren en onderzoek vanuit de JGZ praktijk begeleiden. Dat begint met goed luisteren naar mijn collega’s: waar lopen collega’s of ouders/jongeren tegen aan? Welke signalen vanuit kinderen, jongeren of ouders zien we? Wat zou je daar preventief aan kunnen doen? Ik lees rapporten en pols bij collega’s wat we daaraan doen en of ze dat genoeg vinden. Waar ligt de behoefte om het vak verder te brengen? Een voorbeeld: wat is het effect van JGZ-consulten als er sprake is van obesitas bij een kind? Dat onderwerp bespreken we. Zo bepalen we intern wat we interessant en relevant vinden om te onderzoeken en wat niet. En dan kunnen we ons beleid aanscherpen als de uitkomsten zich daarvoor lenen.
Veel onderzoeksideeën stem ik af met de andere JGZ-organisaties in de AWJG en de academie. Dan inspireer je elkaar en bespreek je samen wat goede vraagstellingen zijn en wat de mogelijkheden tot onderzoek zijn.
Als we besluiten tot onderzoek over te gaan, coördineer ik dat het onderzoek uitgezet en uitgewerkt wordt. En betrek daar de juiste mensen bij. Bijvoorbeeld: in het project Samen Gezond Groot onderzochten we wat ouders nodig hebben om hun kind gezond op te laten groeien. En om bewegen en schermgebruik vaker te bespreken op het consultatiebureau. Ik keek wie er nodig zijn, vormde een team, bracht mensen met elkaar in contact, zorgde dat iedereen op de hoogte is en enthousiasmeerde mijn collega’s. Dat vonden ze een heel leuk project.
Onderzoek om de JGZ door te ontwikkelen
Een van de pijlers van de jeugdgezondheidszorg is wetenschappelijk onderzoek. Bij de Academische Werkplaats, waar je met andere JGZ-organisaties en academici samenwerkt, inspireer je elkaar en kom je tot duidelijkere vraagstellingen. Zo komen we tot doorontwikkeling van de JGZ.
Bijvoorbeeld: in groep 7 screenen we onder andere de psychosociale ontwikkeling van kinderen via een vragenlijst. We hebben toen samen met Amsterdam UMC onderzoek gedaan om te zien of er een verband is tussen die psychosociale ontwikkeling en schoolziekteverzuim op het voortgezet onderwijs. Dan leren we waaróm we die screening uitvoeren en op welke signalen we beter moeten letten of toespitsen in groep 7. Door dit soort vragenlijsten die we dagelijks gebruiken te onderzoeken, trek je lering voor de praktijk.
Gelijklopen met andere JGZ-organisaties
Ik zou onderzoek graag vaker breder trekken, door met andere organisaties samen te werken. Nu al hebben we een hele lijst met onderwerpen die we met alle partners in de AWJG willen onderzoeken. Maar elke organisatie loopt zo zijn eigen pad. Soms heb je een onderwerp afgerond en wil je verder, maar wil een andere organisatie daar nog niet mee verder gaan. Of er is tijdelijk geen mogelijkheid om mee te doen. En soms krijgt een organisatie de begeleiding niet rond. Je wil gelijklopen met de andere organisaties. Op strategisch niveau kunnen we daar nog wel wat stappen maken.
Onderzoek levendig maken
Veel JGZ-professionals denken dat onderzoek niet zo interessant is of moeilijk is. Ze zijn opgeleid voor de praktijk: ze vinden de samenwerking en het contact met ouders, kinderen en collega’s leuk. Het is meestal dezelfde kleine groep JGZ-professionals in onze organisatie die wetenschappelijk onderzoek wél interessant vindt. Presentaties van studenten die onderzoek doen met onze JGZ- of monitoringsdata vinden ze super interessant, dus er is wel interesse in de uitkomsten.
De uitdaging ligt erin onderzoek zodanig levendig te maken dat het onderdeel wordt van het werk. Zodat JGZ-professionals meer bezig zijn met: hoe kan ik mijn werk beter doen en het vakgebied doorontwikkelen? Ze denken nu vaak dat meewerken aan onderzoek te veel extra werk is: veel extra administratie, ouders werven of motiveren om te helpen. Maar je hoeft niet alles alleen te doen: je doet het als team. En je kunt ouders vragen om vragenlijsten zelf in te vullen. Onderzoek doe je vooral samen.